HAARLEMMERMEER - De Haarlemmertrekvaart is sinds de aanleg in 1632 een veelgebruikte vaarroute voor mensen die zich per trekschuit tussen Amsterdam en Haarlem bewogen. Bij Halfweg waren sluizen die het overtollige water in de Zuiderzee loosden. Daarom was het noodzakelijk voor reizigers om in Halfweg een overstap te maken. Huis ter Hart was een van de eerste gebouwen nabij de sluizen en fungeerde als herberg voor reizigers die niet meteen per trekschuit doorvoeren. Vijf jaar na de opening van de trekvaart passeerden jaarlijks al 200.000 reizigers Halfweg. Met het thema van Open Monumentendag op 14 en 15 september, ‘routes, netwerken en verbinding’, is het niet verwonderlijk dat Huis ter Hart genomineerd is voor de titel Monument van het Jaar.

André van der Veen, voorzitter van de Stichting Historisch Halfweg, vertelt over Huis ter Hart. “Het is niet precies bekend hoe oud Huis ter Hart is. Het vroegste wat wij weten is dat het gebouw in de Tachtigjarige oorlog (1566-1648) verwoest is. De fundamenten zijn nog wel zichtbaar aanwezig in het huis.”

Eerste sluizen
Voordat in 1498 de eerste drie sluizen bij Halfweg zijn gegraven, was er alleen de Spaarndammerdijk. Die diende ook voor het verkeer dat niet over het water ging. André van der Veen: “Het moet bijna wel zo zijn dat er toen al een herberg heeft gestaan. De tocht tussen Amsterdam en Haarlem was lang, zeker in de winter. Nadat de sluizen er waren, werd het eerste Gemeenlandshuis gebouwd. Het lastige is dat dit Gemeenlandshuis ook Huis ter Hart werd genoemd. Dat is niet het huidige Huis ter Hart, maar het gebouw met de zwanen ervoor. Wel bekend is, dat het Gemeenlandshuis rond 1660 de naam Huis Swanenburg kreeg, dus waarschijnlijk ging de naam Huis ter Hart toen naar het gebouw er tegenover. Maar de bronnen spreken elkaar tegen.”

Rechtskamer
Met de komst van de trekvaart in 1632 werd de herberg veel belangrijker door het grote aantal passagiers dat langskwam. Zoals gezegd, wel 200.000 per jaar. Na de verbouwing in 1699 deed Huis ter Hart ook dienst als Rechtskamer, de rechtbank waar de schout recht sprak. De westkant van het gebouw, de oorspronkelijke herberg is niet bewaard gebleven. André van der Veen: “De invloed van de trekschuit was enorm. Uit stukken blijkt dat in 1817 de rijkste mensen van de gemeente de burgemeester en de eigenaar van Huis ter Hart waren.”

Storm
Een grote storm in november 1836, de storm die voor de regering in Den Haag aanleiding was voor de drooglegging van het Haarlemmermeer, veroorzaakte grote schade aan Huis ter Hart. “Het Hoogheemraadschap van Rijnland zorgde voor een tegemoetkoming in de herstelkosten. De herberg werd eind negentiende eeuw overgenomen door Willem Coppée. Hij verbouwde Huis ter Hart. Er is nog een gevelsteen met daarop de datum 5 juli 1886, die daaraan herinnert. Tot de Tweede Wereldoorlog deed Huis ter Hart dienst als logement. Het oostelijk deel van het gebouw was tot 1964 een kruidenierswinkel. De voormalige gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude heeft het in 1989 op de monumentenlijst gezet. Nu is het een woonhuis.”


Stemmen voor verkiezing Monument van het Jaar
De gemeente Haarlemmermeer organiseert de verkiezing Monument van het Jaar om het mooie en bijzondere erfgoed van Haarlemmermeer onder de aandacht te brengen. De verkiezing is gekoppeld aan Open Monumentendag op 14 en 15 september. Thema is dit jaar ‘Routes, Netwerken en Verbindingen’. De Commissie Omgevingskwaliteit heeft drie gebouwen genomineerd: het stationsgebouw Vijfhuizen, het transformatorstation in Lijnden en Huis ter Hart in Halfweg. Inwoners kunnen tot en met 18 augustus hier stemmen op hun favoriet. De winnaar wordt tijdens Open Monumentendag bekendgemaakt.